Naast leesbaarheid en nauwkeurigheid is de stijl waarmee je schrijft erg belangrijk voor de manier waarop het verslag wordt ontvangen. Zorg dat je altijd zakelijk blijft schrijven en gebruik dus nooit de eerste persoon, behalve in het voorwoord. Daar mag het.
Gebruik geen woorden als niks, fijn en goeie, maar schiet ook niet door in plechtig proza als: ‘het desbetreffende instrument welke we gebruiken’, in plaats van ‘het instrument dat we gebruiken’. Zorg dat je nooit denigrerende uitspraken doet over mensen of processen. Dus niet schrijven: ‘het proces is waardeloos’, of ‘er wordt slecht leiding gegeven’, maar ‘het proces voldoet niet’ of ‘het ontbreekt de leiding aan gezag’. Noem in principe nooit mensen bij naam, maar gebruik hun functie om ze aan te duiden.
Het onderzoek vraagt om duidelijke uitspraken en oordelen, maar omdat je met mensen werkt heb je ook te maken met machtssituaties, gevoelens en politieke belangen die de zaken mogelijk vertroebelen. Je moet dus scherp zijn zonder bot te worden.
Vermijd:
- Te familiair en in de eerste persoon: ‘ik heb alles onderzocht en niks gevonden’
- Te plechtig: ‘de processen welke onderzocht zijn’ in plaats van: ‘de processen die onderzocht zijn’. Of: ‘echter schiet het bedrijf te kort als het gaat om communicatie’ in plaats van: ‘maar het bedrijf communiceert niet goed’.
- Te dwingend: ‘het bedrijf functioneert erg slecht en er moeten twee dingen veranderen’
- Te plichtmatig: ‘ik moest voor mijn opleiding een onderzoek doen….’
- Te bescheiden: ‘mijns inziens zou het misschien een goed idee te zijn om te gaan denken over een andere werkwijze’.
- Te oppervlakkig: ‘de cultuur moet aangepakt worden’ (Zonder er bij te vertellen hoe, door wie, waarom, en wat er dan anders moet).
De sfeer die je neerzet in je scriptie is bijzonder belangrijk, want die bepaalt op welke wijze de inhoud ervan wordt ontvangen en geïnterpreteerd. De kwaliteit en wijze van schrijven laat de lezer van je scriptie nieuwsgierig verder lezen of al dan niet geïrriteerd in slaap vallen.
Leave a Reply